In ons vorige artikel hebben we het gehad over God = 1. Brahma (spreek uit, Brahm-me) is de hoogste universele realiteit in het universum. De reden van het bestaan en de absolute waarheid (Tat Sat). Maar wat is de relatie tot onze ziel?
Jivatma & Paramatma
Verschillende scholen/stromingen binnen het hindoeïsme hebben hun eigen visie op hoe God en de ziel verbonden zijn. In een ander artikel lees je uitgebreid over de verschillende scholen. Een interessant verschil komt naar voren in de bekende Vedanta stroming. De Vedanta erkent de Vedas als meest belangrijke bron van kennis. De Advaita Vedanta is een van de subscholen/aftakkingen en staat voor non-dualisme. Zij leren dat God overal is en dus ook in de ziel. De Ziel is een deel van de goddelijke energie en diezelfde goddelijke energie in Vishnu, Shiva of Devi zit dus ook in ieders ziel. De andere subschool/aftakking is Dvaita Vedanta en staat voor dualisme. Zij leren dat er een duidelijk verschil is tussen de Goddelijke Ziel (Paramatma) en de ziel (jivatma). Ondanks deze verschillen is men het in de Vedanta tradatie er over eens dat zowel de Goddelijke ziel als de menselijke ziel onsterfelijk is. Hoewel het lichaam en het leven een begin en een einde kent, kent de ziel dat niet en blijft deze eeuwig bestaan in het oneindige universum.
न जायते म्रियते वा कदाचि नायं भूत्वा भविता वा न भूय: | अजो नित्य: शाश्वतोऽयं पुराणो न हन्यते हन्यमाने शरीरे || na jayate mriyate va kadachin, nayam bhutva bhavita va na bhuyah ajo nityah shashvato yam purano, na hanyate hanyamane sharire De ziel kent geboorte noch dood. En eenmaal zijnde, houdt ze nimmer op te zijn. Ze is ongeboren, eeuwig, immer-zijnd, onsterfelijk en oorspronkelijk. Ze wordt niet gedood wanneer het lichaam wordt gedood. Bhagavad Gita Hoofdstuk 2 vers 20
Mijn ziel
Wat de ziel precies is, dat is niet zo eenvoudig uit te leggen. Met de kennis dat de ziel eeuwig bestaat, kunnen we makkelijker uitsluiten wat de ziel dan niet is. De ziel is dus niet (een deel van) het lichaam, want het lichaam vergaat. Als we delen van het lichaam verliezen, dan blijft de zien intact. De ziel is niet onze gedachten of emoties, want ook deze zijn tijdelijk. De ziel is datgene dat achter al deze gevoelens en activiteiten in ons lichaam zit: de bron van krachtige Goddelijke energie.
De ziel zit in elk wezen. Als we in iedereen deze goddelijke energie zien, dan kunnen we ook beter accepteren dat de hele wereld (inclusief het dierenrijk) één familie is: Vasudhaiva Kutumbakam (Maha Upanishad VI.71-73). We zijn niet alleen 1 land, 1 geloof, 1 familie, of 1 groep. Als we Namaste zeggen, groeten we vanuit onze ziel respectvol de ander ziel. Alle materiële zaken (mijn telefoon, mijn auto, etc.) en alle relaties (familie, vrienden, collega's, etc.) zijn maar tijdelijk. De ziel leeft eeuwig voort. De verbindingen tussen zielen zijn er dus ook voor altijd.
Zolang je dit naleeft, is de basis (fundament) aanwezig om een ieder, vriend danwel vijand, met hetzelfde respect te bejegenen.
Als de ziel eeuwig is, hoe is dat dan gelinkt aan reïncarnatie? En wat is ons doel in dit leven als we steeds reïncarneren? In het volgende artikel daarover meer.
コメント